dinsdag, oktober 10, 2006

Mijn vader, het fotomodel

Gisteren drie portretten, van de series die in de twee vorige posts zijn geplaatst, ingeleverd op de fotoacademie. Ondanks alle complimenten die ik van jullie heb gekregen was de leraar minder enthousiast. Ik kan wel zeggen dat er technisch nog het een en ander aan schortte. Naderhand kan ik ook wel stellen dat ik de verkeerde foto’s heb uitgezocht. Ik had de foto van Ellis uitgezocht die bovenop de vorige post staat. De foto van Nynke die haar armspieren spant en de foto van mijn moeder. Natuurlijk heb ik de foto’s uitgezocht omdat ik ze mooi vindt, maar ook omdat ik dacht dat de ogen van die portretten het scherpst zijn. Dat viel dus tegen. Klassikaal moest er een rondje langs de foto’s worden gemaakt waarbij de foto’s met onscherpe ogen apart werden geplaatst. 9 van de 10 foto’s had onscherpe ogen. Van mij werden de foto van Ellis en de foto van mijn moeder eruit gepikt. Later heeft de leraar de foto van Ellis weer teruggepakt omdat hij vond dat de foto wel scherp was (schouderklopje), alleen op het verkeerde oog. Het was namelijk het oog waarop het minste aandacht werd gelegd. Eigenlijk dus wel fout. Daarnaast was de belichting van die foto ook niet goed. Een te groot vlak eenzijdige belicht. Dus er is daarop weinig tekening te zien. De foto van mijn moeder was ook niet goed vanwege de lenskeuze en het feit dat ik te weinig “gepoederd” heb. Met andere woorden de gezichten spiegelen het licht te veel en daardoor krijg je teveel witte plekken in de foto. Als je de foto als drukwerk zou behandelen zouden die er dus teveel uit knallen. Niet goed dus. De foto van Nynke met de arm was in ieder geval scherp op de ogen. Maar echt onder de indruk was hij er ook niet van.

Aan het eind van de les vroeg ik hem wat hij dan van de overige portretten vond. Vrijwel alle portretten die ik in de vorige twee posts heb geplaatst had ik ook geprint. Toen vroeg hij mij waarom ik die niet had neergelegd omdat hij die beter vond. Met name die van mijn vader die hierboven staat vond hij goed. Hij zij dat die ‘man’ zo gebruikt kon worden voor een reclame van Wherter’s echte of een verzekeringsmaatschappij. Hij vond dat die ‘man’ zich in moest schrijven voor een castingbureau. Hijzelf had al verschillende personen die hierop leken gecast. Hahaha. Grappig hoor, een tweede carrière voor mijn vader dus. Ik ben benieuwd wat hij daar zelf van vindt.

De bloempot was uiteraard ook niet goed. Maar die illusie had ik zelf ook al niet. Het enige positieve is dat ik waarschijnlijk dus uit de serie portretten wel goede kan halen, maar dat ik daar dus nog even naar moet kijken. Voor portretten heb ik denk ik dus geen modellen meer nodig. Blijf erotiek over, dus…;-)

Groet,
Martijn

Geen opmerkingen: